Verstoring van het slaapritme

Ons dag-nachtritme wordt aangestuurd door de biologische klok van de hersenen. Als de biologische klok ontregeld raakt, kan dat tot een sterke verschuiving van het slaapritme leiden. Bijvoorbeeld een combinatie van niet in slaap kunnen vallen tot pas diep in de nacht, maar vervolgens met geen mogelijkheid wakker worden in de ochtend. Soms zijn mensen juist extreme ochtendmensen, en vallen ze heel vroeg in de avond al in slaap. In sommige gevallen schuift het ritme iedere dag steeds verder op. 

Om de diagnose van een biologische klokstoornis te stellen, wordt het dag-nachtritme enkele weken in kaart gebracht. Soms wordt ook het melatonine, het hormoon van de biologische klok, gemeten.

Hoewel het soms niet eenvoudig is, kan het slaap-waakritme wel worden aangepast. Dat doen we in nauwe samenwerking tussen de artsen en slaaptherapeuten in het team. Er wordt een plan gemaakt om het ritme in kleine stapjes te verschuiven. Dit wordt vaak ondersteund met lichttherapie, op precieze tijdstippen met een speciale lamp. Ten slotte wordt soms gebruikgemaakt van melatonine, ook weer in een schema met heel precieze tijdstippen. Als het lukt om het ritme te verschuiven, kan lichttherapie helpen om dat ritme ook te blijven aanhouden.