E-monitoring van slaap; waar staan we en waar kan het heengaan?

Expertisecentrum Kempenhaeghe presenteert in TNN, het vakblad voor medische professionals in neurologie en neurochirurgie, een wetenschappelijke bijdrage die de mogelijkheden en beperkingen van e-monitoring van slaap beschrijft. In een tijd waarin slaap steeds meer in de belangstelling staat, groeit de vraag naar methoden om slaap te meten zowel vanuit de consument/patiënt als vanuit de wetenschap. 

De huidige standaard methode, polysomnografie (PSG), levert nog altijd de meest betrouwbare informatie over de opbouw van de slaap (slaapfasen) en aanwezigheid van eventuele slaapstoornissen. Echter, het onderzoek beperkt zich tot één of twee nachten, is belastend en vereist expertise. Kortom, er is behoefte aan laagdrempeligere alternatieven. Nieuwe technieken, zoals het meten met polshorloges, maken gebruik van fysiologische signalen zoals hartslagvariabiliteit (HRV) om de slaapfase te schatten. 

Deze nieuwste methoden bieden mogelijkheden voor langdurige slaapmetingen. Hierdoor kan een variatie in ernst van een stoornis wellicht beter in kaart worden gebracht maar bijvoorbeeld ook het effect van een ingestelde therapie.

Dr. Pien Bosschieter, somnoloog bij Centrum voor Slaapgeneeskunde van expertisecentrum Kempenhaeghe legt uit dat deze technieken echter nog geen vervanging vormen voor PSG. Beschikbare consumentenapparatuur is beperkt gevalideerd, daarnaast zijn bijvoorbeeld de standaarden van dataveiligheid niet voldoende voor medische toepassing. Een zorgvuldige evaluatie van de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid in diverse populaties – met variaties in leeftijd en aanwezigheid van slaapstoornissen – is essentieel, maar laat nog even op zich wachten. 

Lees de volledige bijdrage in TNN om erachter te komen hoe je de prestaties van nieuwe e-monitoringtechnieken van slaap kan beoordelen, en wat de voorwaarden zijn voor toekomstige klinische implementatie. Het artikel verschijnt in de eerstvolgende editie in maart 2025: www.tnnonline.nl.